Geplaatst op

Burgerschap ‘Democratische rechtsstaat’

We zijn als BVS-schooladvies bezig abstracte termen tot leven te brengen en naar de praktijk van de klas te vertalen. Kennis van en respect voor de basiswaarden van de democratische rechtstaat bracht ons tot de eerste ideeën. Op 15 maart zijn er weer provinciale Statenverkiezingen. Een prachtig aanknopingspunt om met de leerlijn burgerschap in de klas aan de slag te gaan. De komende nieuwsbrieven zullen we zo het filter ‘burgerschap’ dat over alle lessen heen kan liggen toelichten en van voorbeelden voorzien. We hopen daarmee de scholen te inspireren bij de invulling van hun leerlijn burgerschap. Daarnaast doen we bij ieder thema een aantal boeksuggesties die te vinden zijn in onze nieuwe boekenlijst onderaan dit artikel.

 

 

Fase 1 – kleuterklas en klas 1
Kleuters tekenen zichzelf spontaan. Aanvankelijk door gewoon hun eigen beweging te volgen; hun arm met krijtje dwaalt over het papier en laat een spoor na. Vanuit nabootsing ontstaan daaruit mensfiguren en vaak wordt gezegd dat kleuters hiermee hun eigen ontwikkeling van lichaamsbesef tekenen. Weer iets later herkennen ze zichzelf in de tekening: “kijk, dat ben ik.” In klas 1 krijgen leerlingen de opdracht zichzelf te tekenen. Ze proberen zichzelf in hun tekening zo herkenbaar mogelijk weer te geven. Ze tekenen hun lievelingstrui, of de manier waarop hun haar meestal zit. Ze herkennen zichzelf en hun klasgenoten; ze geven uitdrukking aan wie ze zijn door over hun tekening te vertellen. Ook zien ze hoe klasgenoten zichzelf tekenen en ontdekken daardoor spelenderwijs elkaars verschillen.

 

 

Fase 2 – klas 1, 2, 3 en 4
De leerlingen zien buiten de verkiezingsposters en beginnen te begrijpen dat ze ergens voor staan. Op sommige affiches staan portretten. De wens om de buitenwereld te begrijpen en daar deel van uit te maken wordt groter. Waar staan deze mensen voor? Waarom wil deze mens gekend worden? Een leerkracht kan naar aanleiding van zo’n observatie of vraag met leerlingen in gesprek gaan. Waar sta jij voor? Wat vind je belangrijk? Schrijf op wat je belangrijk vindt en geef in drie punten aan waarom je dat belangrijk vindt. En stel dat wij hier in de klas iets mogen veranderen in de school. Waarmee zou jij je willen onderscheiden? Wat zou jij dan een belangrijk verkiezingspunt vinden?

 

 

Leerlingen kunnen opdrachten krijgen om te bedenken wat ze voor de klas, de school of de buurt zouden willen betekenen. Enkele voorbeelden van zulke opdrachten zijn: Laat de kinderen een grafisch schema tekenen of gebruiken. Het denkschema ordent de gedachten en kan dienen als voorbereiding voor een mondelinge of schriftelijke verwerking. Voorbeelden van zo’n denkschema zijn in de afbeelding hieronder te zien. Geef leerlingen de opdracht om te tekenen wat ze op het plein anders zouden willen zien of laat ze tekenen en/of beschrijven welk uitstapje dit jaar écht gemaakt zou moeten worden en waarom. Laat de klas samen bedenken welke acties ondernomen kunnen worden om elkaar beter te leren kennen in de buurt, bijvoorbeeld rond een jaarfeest.

Grafische denkschema's fase 2 en 3

Fase 3 – klas 4, 5 en 6

De kinderen van de hogere klassen kunnen voortborduren op de aanpak hierboven. Ze kiezen een verkiezingsthema, maken er speerpunten van en beargumenteren dat voor de klas. Ze leren hun eigen mening en eigenheid steeds meer zichtbaar te maken. Als je jong bent ontvang je de wereld en leer je de wereld door nabootsing kennen. Hoe ouder je wordt, hoe meer je gaat bijdragen aan de vormgeving van de wereld. In een later stadium kunnen de leerlingen het verkiezingsthema ook naar de school vertalen. Welke ideeën heb je om de jaarfeesten te verbeteren, de pauzes leuker te maken, de buurt te betrekken bij projecten etc.? Teken een verkiezingsposter en presenteer deze. Wie spreekt het meest overtuigend? Wie weet worden er wel echt verkiezingen gehouden in de klas. Ook in deze leeftijdsfase kan het gebruiken van grafische schema’s leerlingen helpen om hun gedachten te ordenen.

 

Doorkijkje: de verkiezingsposters die vorig schooljaar maart in de tijd van de gemeenteverkiezingen in een klas 4/5 werden gemaakt zijn helaas meegenomen naar huis, maar waren een prachtige mengeling van eigen identiteit en waar je als groepje voor zou willen staan. Ieder groepje bedacht een eigen (partij)naam en schreef een programma. Het ingevulde schema dat als illustratie is bijgevoegd behoorde tot het voorwerk van de groep ‘antipesten’, die uiteindelijk de verkiezingen heeft gewonnen. Verkiezingsleuzen werden bedacht, portretten kwamen op posters en werden rijk geïllustreerd met belangrijke thema’s uit het verkiezingsprogramma.

 

Voor meer informatie kun je contact opnemen met Frieda Wijnands op f.wijnands@bvs-schooladvies.nl en 06-2277 0142.

 

Nieuwe boekenlijst: burgerschap in boeken

Ook voor deze nieuwsbrief heeft Merel de Vink (Leesvink) in samenwerking met Annechien Wijnbergh (BVS-schooladvies) een lijst van boeken samengesteld, passend bij het thema burgerschap. De gedachte is dat je zo onderwerpen die niet binnen het periodeonderwijs aan bod komen, toch kunt behandelen. Bijvoorbeeld door stukjes tekst te gebruiken bij de lessen begrijpend lezen, bij het oefenen van mondelinge vaardigheden als debatteren, of in voorleessessies. Dit keer hebben we in deze lijst boeken opgenomen over vluchten en vluchtelingen, over ongelijkheid en hoe kinderen dat kunnen beleven en over het democratisch principe. In volgende nieuwsbrieven komen ‘klassieke vrijeschoolperiodes’ aan bod. Hiermee kan je de periode-inhouden dan juist mooi integreren in begrijpend leeslessen e.a.

 

In het voorjaar maken we een lijst boeken passend bij de leerlijn seksualiteit en relationele vorming. We horen graag wat voorbeelden uit de praktijk terug. Misschien een idee om in hogere klassen kinderen een stukje tekst te laten schrijven voor de volgende nieuwsbrief? Download hier de boekenlijst.

Annechien Wijnbergh is bereikbaar opa.wijnbergh@bvs-schooladvies.nl en 06-52055943. Merel de Vink is bereikbaar op merel@leesvink.nl en 06-24235563

Geplaatst op

Nieuwe initiatieven voortgezet vrijeschoolonderwijs

Er bestaan in Nederland – al langer dan we soms denken – veel ‘afdelingen voor voortgezet vrijeschoolonderwijs’ onder niet-vrijeschoolbesturen. Onder ‘reguliere besturen’ zoals dat in ons jargon wel genoemd wordt. De school waar een dergelijke afdeling, of leerroute, wordt ondergebracht, noemen we de ‘moederschool’.

In Breda bestaat een dergelijke afdeling al sinds 1984, zij heet nu het Michael College en in Maastricht sinds 1986, momenteel onder de naam Bernard Lievegoed College. De laatstgenoemde is inmiddels ook formeel een echte ‘school’ met en een eigen bekostigingsnummer en bijna 1000 leerlingen.

Aan het einde van de jaren 80 van de vorige eeuw werd gedacht dat het niet meer mogelijk was vrijescholen of vrijeschool-afdelingen te stichten. Maar daar lieten initiatiefneemsters in vele provinciën het niet bij zitten. Sinds het begin van deze eeuw zijn er al vijftien afdelingen voor voortgezet vrijeschoolonderwijs (VO) bij gekomen. Dat zijn er meer dan het aantal vrijescholen VO onder een vrijeschoolbestuur in Nederland. Ook binnen deze nieuwe 21e-eeuwse afdelingen is doorgroei naar een echte school mogelijk. Dat gebeurde bijvoorbeeld in Delft waar het Waldorfonderwijs aan het Grotius College in augustus 2023 wordt opgevolgd door een vrijeschool onder een eigen bestuur: het Mercurius College. Toch zijn al die nieuwe groeikernen niet breed in beeld bij de traditionele vrijeschoolbeweging.

Begin deze eeuw waren de trajecten naar de start van een nieuw initiatief vaak lang en taai. Het bestuurlijk overleg bracht veel ‘ideologische beren op de weg’ en binnen de moederscholen verliep de communicatie zeker niet vanzelf. Soms duurde het wel vier jaar voordat een opening tot stand kwam en er binnen een bestaande school ruimte werd gemaakt voor het initiatief. Sommige initiatieven zijn helemaal niet gestart en uitgedroogd; er zijn ook afdeling die na enkele jaren weer zijn gesloten.

Maar in de laatste jaren is er veel meer openheid naar en vertrouwen in de vrijeschool pedagogie bij besturen en scholen. Initiatiefneemsters hebben meer oog voor de ‘ander’. Voor de visie en de belangen van de andere partijen: het bestuur, de moederschool, de docenten op die school en de omgeving van de school. En: vrijescholen zijn populair en dat betekent dat het voor velen interessant is zich daarbij aan te sluiten.

De BVS is betrokken bij veel initiatieven en de begeleiding daarvan. Momenteel zijn we actief betrokken bij initiatieven in Arnhem, Meppel en Bergen op Zoom. Arnhem start in augustus 2023 met drie 7e klassen, Meppel ook aan het begin van dat schooljaar met één 7e klas. Bergen op Zoom gaat naar verwachting in augustus 2024 starten.

We starten de begeleiding doorgaans in de ‘fase van voorbereiding en inrichting’ en wordt dan gefinancierd door de moederschool en het bestuur waaronder de afdeling gaat starten. In Meppel en Bergen op Zoom is ook al betrokkenheid tijdens de ‘initiatiefase’: de fase waarin nog geen definitief startbesluit genomen is.

Ondersteuning in de initiatie fase kan zeer effectief zijn. In die fase gaat het om de eerste oriëntatie en de contacten met besturen en moederscholen die open staan voor een vrijeschoolafdeling. De kennis van de BVS op alle gebieden binnen het vrijeschoolonderwijs en het vertrouwen dat de partners daaraan ontlenen, kan de tijd die nodig is voor het zetten van de eerste stap sterk reduceren. Een eerste stap is bijvoorbeeld een intentieverklaring of een startverklaring: een definitief besluit om te starten.

Probleem in deze fase is dat de initiatiefgroep meestal geen middelen heeft om ondersteuning in te huren en dat de moederschool en haar bestuur nog geen partij is en investeringen vooralsnog achterweg laat. In de eerste helft van 2023 willen we een steunfonds in (laten) richten en een gereduceerd tarief vanuit BVS aanbieden voor de ondersteuning in de initiatiefase.

Nieuwe afdelingen en scholen zijn de groeipunten binnen onze schoolbeweging. Plaatsen waar iets nieuws geboren wil worden en tot ontwikkeling kan komen. Dat nieuwe draagt natuurlijk de fysieke en geestelijke impulsen van haar afkomst met haar mee. Maar wie ze uiteindelijk zal worden, is voor ons nog niet zichtbaar. Die raadsels willen we graag ontsluieren. We willen hen graag zien worden wie ze zijn.

Elke nieuwe impuls, elke nieuwe afdeling of school, draagt de mogelijkheid in zich nieuwe kwaliteiten in de wereld te brengen. Die impulsen zijn wel verbonden met de vrijeschoolbeweging, maar daardoor hopelijk niet voorbestemd of ‘geblauwdrukt’.

Initiatieven ontstaan daar ‘waar levenswegen samenkomen’, indachtig de grondspreuk van een geliefde vrijeschool in Nederland. Een plaats waar mensen vanuit alle achtergronden en gezindten elkaar vinden en hun best doen om goed en betekenisvol onderwijs voor een nieuwe generatie te verzorgen. Hedendaags vrijeschoolonderwijs dat jongeren helpt in hun ontwikkeling tot zelfstandig oordelende, sociaal voelende en gericht handelende volwassenen.

 

Rob van der Meijden